staatshervorming

's Ochtends in het station word ik omringd door studenten of scholieren. Werkmensen vertrekken hier vroeger. Ik zie hen staan met hun pa...

's Ochtends in het station word ik omringd door studenten of scholieren. Werkmensen vertrekken hier vroeger. Ik zie hen staan met hun papieren en dat onbehaaglijke gevoel van vroeger komt terug. Even denk ik dat de examens nu toch wel al voorbij zijn, maar in het middalbaar is het natuurlijk al weer één en al toetsen en overhorinen. Ze sommen de staatshervormingen op, met een diepe zucht en lichte opluchting als ze het weten. Dan valt de vraag waarom Brussel pas instellingen krijgt vanaf de derde staatshervorming. Het gezoem valt stil, tot een grote mond zegt "dat moet je gewoon onthouden". Ik heb ondertussen mijn fiets vastgemaakt en loop langd. De eerste staatshervormingen gingen over persoonsgebonden materies, dus voor gemeenschappen en omdat Brussel een gewest is, had het toen nog geen instellingen nodig. Ze schrok eerst wat van mijn tussenkomst en vroeg dan om het een keer te herhalen. Ik zag hen ondertussen de bevoegdheden in hun hoofd overlopen. Ze knikken, het klopt, misschien een beetje simplistisch ik geef het toe, maar de opluchting op hun gezicht is groot. Er zit een logica in en die hebben ze nu gevonden. Het doet me wat denken aan de reeks in de Knack: denken over België. Ik heb net het artikel van Philippe Van Parijs gelezen en hoe belangrijk het is om die logica te doorgronden. Hij vertelde ook over een internationaal congres over binationaliteit binnen één staat in Jeruzalem, en hoe de Palestijnen daar niet aanwezig waren terwijl het wel over hen ging (hoewel ik niet zo warm loop om Vlaanderen en Wallonië als nationaliteiten te gaan zien). De opmerking dat we mogen blij zijn dat we geen Tempelberg in Brussel hebben, zette me wel aan het denken. Al denk ik dat de breuklijn ooit wel gespeeld heeft met de Koningskwestie, en meteen bedenk ik me dat ik dringend nog eens A. Van den Brande moet herlezen.

You Might Also Like

0 reacties