Meelezer: Laat het feest beginnen

Ik kon voor de Vooruit één van de boeken van de Literaire Lente lezen voor de Uitgelezen van morgen in de Vooruit. Is het een schande om van...

Ik kon voor de Vooruit één van de boeken van de Literaire Lente lezen voor de Uitgelezen van morgen in de Vooruit.

Is het een schande om van de drie schrijvers nog niks gehoord te hebben? Misschien, maar gelukkig is er de literaire lente en Uitgelezen om opnieuw een beetje mee te zijn. Niccolo Ammaniti maakt blijkbaar al een tijdje het mooie weer in de literatuur, een vriendin omschreef hem als de Quentin Tarantino van de literatuur. En ik moet zeggen, ik kon me in het begin van het boek wel in die omschrijving vinden. We maken kennis met Mantos, de leider van de Beesten van Abaddon, een satanische sekte. Alleen gaat het hen niet meteen voor de wind: amper 4 leden en de concurrentie met andere satanische sekten is groter. Niemand kent hen, het is lang geleden dat ze nog iets gedaan hebben en die laatste keer was ook al een beetje een mislukking, al leverde het hen wel een nieuw lid Silvietta op. Mantos heeft het thuis niet gemakkelijk, verkoper in het meubelbedrijf van zijn schoonvader, zijn vrouw loopt er dan wel bij als een heet ding, maar veel valt er niet van te merken, en nu is er ook nog de tweeling. Ook Fabrizio Ciba zit een beetje in een sukkelstraatje. Zijn vorige boek, een algemeen bejubelde bestseller is al een hele tijd geleden en het vervolg laat op zich wachten. Een televisieprogramma kon misschien zijn bekendheid helpen, maar een nieuwe rijzende ster in de Italiaanse literatuur, jonger ook, en bij dezelfde uitgever, vormt toch wel een serieuze bedreiging. En dan zijn er nog de vrouwen…

Ammaniti schrijft zoals Italianen spreken, met veel beelden en ik kon het wel appreciëren. De personages worden er heel kleurrijk door. In dit boek zijn er slechts 2 verhaallijnen, die van Mantos en van Ciba. De twee hebben niks met elkaar te maken, zou je zeggen, maar je weet gewoon verder in het boek smelten die lijnen op de één of andere manier samen. En dat is op het feest waarvan sprake in de titel. Een excentrieke miljonair heeft een spetterend feest in zijn park in Rome. Mantos en de bendeleden plannen er een grootse actie zodat hun satanische sekte geschiedenis gaat schrijven. Ciba is er als Italiaanse bekende kop op uitgenodigd, wat tegen zijn zin. Ik denk dat op dit moment mijn aandacht wat begon te verslappen. De uitvoerige beschrijvingen van de geplande activiteiten, alle personages die eigenlijk eerder als achtergrond gebruikt worden, terwijl ze toch meer potentieel in zich hebben.

Gelukkig zijn er dan de feestverstoorders die als een deus ex machina op het toneel komen. Ik durf hier niet te veel vertellen om het plezier van anderen niet te verpesten, maar ik was eigenlijk wel wat teleurgesteld. Niet omwille van de wending, want die vind ik schitterend gevonden, wel omwille van hoe oppervlakkig dit uiteindelijk blijft. Schrijven is schrappen, zegt men wel eens en dit was zeker voor dit boek van toepassing, niet in het eerste deel waarin je de personages leert kennen en appreciëren, maar wel in het laatste deel. De beschrijving van de oude dekplaat van het watersysteem en waarom die niet vervangen was geweest, was een aardigheidje maar haalde de vaart uit het boek en was op zich overbodig. Ik zou me daar zeker geen vragen bij gesteld hebben over het hoe en het waarom. En dat is zowat het gevoel dat je krijgt, de schrijver probeert de achterliggende redenen net iets te uitvoerig te verantwoorden en tegelijkertijd net te weinig om een meerwaarde voor het boek te betekenen. De oude sportjournalist die zijn kranten ging halen de ochtend na het feest en dan oog in oog staat met die Rus, had wat mij betreft wat meer body mogen krijgen. Dit vond ik best een leuke en originele vondst, maar nu bleef ik op mijn honger zitten.

Door de talrijke extra personages verlies je de twee hoofdpersonages wat uit het zicht. Je begint je bijna te hechten aan nieuwe personages, maar die zijn dan weer te weinig “echt” om het verhaal te kunnen dragen. Al duiken Ciba en Mantos hier en daar ook weer op. Ciba en Mantos kiezen elk hun eigen weg en gelukkig komen hier naar het einde toch nog een paar verrassende wendingen, waardoor je toch een klein beetje een goed gevoel over houdt na het lezen van het boek. Bij het begin van het boek stond ik al klaar om nog een ander boek van Ammaniti te gaan kopen, gewoon omdat het zo goed is, nu denk ik dat ik me wel zou kunnen laten verleiden, dan vooral op basis van de goede commentaar van die vriendin die een eerder boek van hem fantastisch vond, dan op basis van wat ik nu gelezen heb...

You Might Also Like

0 reacties